Limburgse bestuurders gegijzeld door boerenlobby, of is het bedroevende dossierkennis?
De provincie Limburg is trots op de intensieve veehouderij, want dit is goed voor de werkgelegenheid. Wel moet met zorg gekeken worden naar de gezondheidsaspecten van megastallen.
Die redelijkerwijs nauwelijks te bevatten bijdrage leverde Gedeputeerde Staten van Limburg aan de maatschappelijke discussie over megastallen. Althans, dat liet zij weten in dagblad Trouw.
De argumenten die dat standpunt ondersteunen missen niet alleen enige onderbouwing, ze zijn op sommige onderdelen ronduit misleidend. Zodanig zelfs, dat de vraag rijst of hier verantwoordelijke bestuurders aan het woord zijn, die het beste voor hebben met hun provincie en haar burgers. Of zijn het gegijzelden van de in Limburg van oudsher zo sterke boerenlobby. Ik vrees het laatste.
Immers: wie kan volhouden dat megastallen goed zijn voor de economie, welzijn en werkgelegenheid, terwijl toch inmiddels wel duidelijk is dat:
• Er in eigen land nauwelijks mensen te vinden zijn, die in zo’n stal willen werken. Daarvoor zullen werknemers uit Oost Europa moeten worden aangetrokken, aan wie maar niet verteld zal worden dat de kans groot is, dat ze over tien jaar met stoflongen thuis zitten.
• Boeren in het aanpalende Brabant als ze onverhoopt in het ziekenhuis moeten worden opgenomen, tegenwoordig vaak direct in quarantaine worden afgezonderd, vanwege MSRA besmettingsgevaar.
• Het risico van besmetting met dierziekten, waarvoor bepaalde vaccins nu al geen soelaas meer bieden, in de directe omgeving van bedrijven met intensieve veehouderij, substantieel hoger is.
• De productie van vlees, zelfs volgens voormalig CDA staatssecretaris van Milieu Pieter van Geel, het meest milieubelastende onderdeel vormt van ons voedselpakket: voor de productie van één kilo vlees is zeven kilo graan nodig en tienduizenden liters zoet water. En dat terwijl, volgens het Wereldwaterforum 70% van de wereldbevolking in 2017 een drinkwaterprobleem zal hebben.
• Het inmiddels toch wel bekend mag worden verondersteld, dat de veehouderij nu al 40% meer broeikasgassen uitstoot, dan al het verkeer en vervoer wereldwijd samen. Hoezo welzijn?
• En over economie gesproken: Pavan Sukhdev van de Deutsche Bank berekende recent dat de kredietcrisis, die ons nu zo bezighoudt, ons een rekening presenteert van 700 miljard euro. Eenmalig! Het kappen van het tropisch regenwoud, voor het belangrijkste deel om de intensieve veehouderij te ondersteunen, kost tussen de 1500 en 4000 miljard. Niet eenmalig, maar jaarlijks welteverstaan.
Er zij nog tal van voorbeelden te noemen, die de onwenselijkheid van intensieve veehouderij , met name megastallen, onderbouwen. Maar, ik vrees dat de Limburgse Gedeputeerden daar door het vaccin van de boerenlobby in hun provincie, immuun voor zullen zijn.
Het is in dat verband dan ook niet verwonderlijk dat de Limburgse bestuurders zo sterk pleiten voor het verleggen van de verantwoordelijkheid, en vooral bevoegdheid van de landelijke overheid naar lokaal bestuur. De Kamer, en ook een brede meerderheid van de bevolking heeft immers sterke bedenkingen bij megastallen. En waar anders, dan in de provincie, zijn de achterkamertjes kleiner en vaak ook helaas slagvaardiger gebleken.
Karen Soeters
Directeur Nicolaas G. Pierson Foundation